Wat moet er op een reguliere factuur staan?
1. Factuurdatum
2. Opeenvolgend factuurnummer (meerdere reeksen zijn toegestaan)
3. Naam, adresgegevens en btw-identificatienummer van de ondernemer
4. Naam en adresgegevens van de klant
5. Btw-identificatienummer van de afnemer indien een verleggingregeling van toepassing is (de btw wordt geheven van de afnemer) of het een buitenlandse transactie betreft
6. De hoeveelheid geleverde goederen en/of diensten en een duidelijke omschrijving hiervan
7. De datum of periode waarop de levering of dienst heeft plaatsgevonden
8. De maatstaf van heffing voor elk btw-tarief of elke btw-vrijstelling, de eenheidsprijs exclusief btw en eventuele kortingen
9. Het toegepaste btw-tarief (bij verschillende prestaties telkens het btw-tarief vermelden): 0, 6 of 21 procent of indien van toepassing een verwijzing naar de vrijstelling die geldt
10. Het te betalen btw-bedrag
11. Eventueel een verwijzing naar vorige facturen, bijvoorbeeld in het geval van creditnota’s of voorschotten
12. Indien de afnemer de factuur uitreikt in plaats van de leverancier of dienstverrichter moet er op de factuur staan: ‘factuur uitgereikt door de afnemer’
13. Indien een verleggingregeling van toepassing is, dan moet er op de factuur staan: ‘btw verlegd’
14. Indien van toepassing de vermelding: ‘Bijzondere regeling reisbureaus’
15. Indien van toepassing de vermelding: ‘Bijzondere regeling – gebruikte goederen’, ‘Bijzondere regeling – kunstvoorwerpen’, ‘Bijzondere regeling – voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten’
16. Voldoet een fiscaal vertegenwoordiger de btw, vermeld dan ook zijn naw-gegevens en het btw-identificatienummer
17. Bij een verkoop van een vervoermiddel moeten de gegevens over het vervoermiddel (nieuw of gebruikt) worden opgenomen
Wat is er anders?
De punten 12 tot en met 16 zijn nieuw of gewijzigd.
Verder moet vanaf volgend jaar de factuur vóór de zestiende dag na de maand waarin de levering of dienst is verricht uitgereikt worden. Tot nu toe was dat vóór de vijftiende dag. Deze regel geldt ook voor doorlopende leveringen waarvoor maandelijks een factuur wordt verstuurd.
De mogelijkheid tot elektronisch factureren krijgt per 1 januari 2013 een wettelijke grondslag. Dat betekent dat papieren en elektronische facturen gelijk behandeld moeten worden.
Bij internationale transacties was er vaak onduidelijkheid over welke factuurregels van toepassing waren. Vanaf 2013 komt hier meer duidelijkheid over: in principe gelden de regels van het land waar de goederen worden geleverd of de diensten worden verricht.
Hoewel de wijzigingen niet erg ingrijpend lijken, kan de Belastingdienst een ondernemer een boete tot 4.920 euro opleggen bij het uitreiken van een onjuiste factuur.
Vereenvoudigde factuur
Verder worden de regels voor het uitreiken van vereenvoudigde facturen versoepeld. Ondernemers mogen een vereenvoudigde factuur uitreiken wanneer het factuurbedrag inclusief btw niet hoger is dan 100 euro of wanneer het document een eerdere factuur aanvult, zoals een creditnota.
Op een vereenvoudigde factuur moeten de datum van uitreiking, de identiteit van de ondernemer die de prestatie verricht, de aard van de prestatie, het btw-bedrag en een eventuele verwijzing naar de oorspronkelijke factuur worden vermeld.